Medicijnchagrijn

De apotheek oogt nogal chaotisch. De dames achter de balie klonteren samen achter een computerscherm en de klanten ervoor stralen onrust uit. Beschaafd gemor verraadt dat er iets aan de hand is. Als ik eindelijk aan de beurt ben, vraag ik om mijn gebruikelijke medicijnen die ik eens in de paar maanden moet aanvullen.

‘Heeft u bericht gekregen om ze op te halen?’, klinkt het vanaf de andere kant. ‘Nee’, zeg ik verbaasd, ‘ik kom voor een herhaalrecept, dat ligt toch altijd op voorraad?’ ‘Het systeem is veranderd, we hebben geen voorraden meer’, luidt het antwoord desperaat. Het is duidelijk dat de assistente nog niet helemaal begrijpt wat de voordelen van de nieuwe bedrijfsvoering zijn. Die ene computer waarop bestellingen worden ingevoerd is bezet, dus schrijft ze mijn bestelling op een voddig papiertje. ‘Morgen zullen ze er wel zijn.’ ‘Hoe moet het nu voortaan met mijn herhaalrecepten?’ ‘Gewoon bellen.’ Bellen? Dit lijkt me zo’n stap achteruit dat ik even geen weerwoord heb. Met twijfel in mijn hart over de goede afloop verlaat ik het pand.

De volgende dag zijn de geneesmiddelen zowaar binnengekomen. De pil in weer eens een nieuwe verpakking van een nieuwe leverancier, de ooggel blijkt mondjesmaat leverbaar, dus krijg ik maar één doosje (toch zucht van verlichting) en met het zalfje is niets aan de hand. ‘Mevrouw Niekus, het spijt me van de overlast.’ Of zij er wat aan kan doen; zorgverzekering en farmaceutische fabrikanten werken samen om mij het leven zuur te maken. Een dag later sta ik op het punt de deur uit te gaan als de vaste telefoon gaat. Ik ren naar boven waarheen het bijna werkloze apparaat verbannen is. De schat van een dag eerder: ‘Het ging zo rommelig gisteren, dat ik niet weet of ik duidelijk genoeg was; de pil is in uw hoeveelheid niet meer leverbaar, u moet de pil nu in vieren snijden en dat is nogal lastig. Zal ik een pillensnijder langs laten brengen?’ ‘Niet nodig, ik heb nog wel ergens zo’n ding liggen. ’ Inderdaad vind ik de PillTool ergens achter in de kast. Helaas, het tablet valt niet in stukjes, maar in gruzeltjes uiteen. Ik bel om goede raad te vragen. ‘We hebben net weer de goede dosis in huis’, luidt het antwoord verheugd, ‘Uw probleem is opgelost.’ Dit keer wel.

Nee, aan de mensen achter de balie ligt het niet.