Vogelwens

Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is 266px-Rohrdommel30ib-1.jpg

Ik hou van vogels maar ik ben een waardeloze vogelaar, om met Hans Knorrepot Dorrestijn te spreken. In de praktijk betekent het dat de liefde er is, maar de kennis niet. En ook nooit meer zal komen. De liefde begon toen we – net verhuisd – een mezennestje in onze achtertuin ontdekten. Ze verdiepte zich in 1986 toen ik met mijn geliefde op camperreis door de Verenigde Staten in het Big Bend National Park neerstreek. Ons doel was de Colima warbler te betrappen, een musachtig zangvogeltje met gele veertjes aan de zijkant, meer niet. Maar wel zeldzaam, want alleen daar.

Lief was sinds een jaar of wat aan een kant doof, en telkens vroeg hij mij: ‘Waar komt dat geluid vandaan?’ Wist ik veel dat je met maar één werkend oor niet weet waar geluid vandaan komt. Intussen weet ik beter.

We zijn nu bijna 35 jaar verder en over vogels heb ik niet veel bijgeleerd. Oké, ik zie het verschil tussen een roodborstje en een puttertje, en tussen een lepelaar en een zilverreiger, maar daar houdt het ook op. Wat de situatie er niet beter op maakt, is dat ook bij mij sinds enige tijd één oor verstek laat gaan. Daar lopen we dan met zijn tweeën achter vogels aan. Maar toch, ik heb dit jaar in het Dwingelderveld kraanvogels gespot, in mijn moestuin heb ik puttertjes gezien, en ik geniet volgende week van de vogeltrek aan de Oosterschelde. Ik tel mijn zegeningen, maar ik ben er nog niet.

Eén wensvogel heb ik nog te gaan. De roerdomp. Een keer, jaren geleden al weer, hoorde ik hem in de vroege lente, ergens in de Gelderse Poort. Jac. P. Thijsse omschrijft in zijn Vogelboekje het geluid van een roerdomp als een koeachtige whoemp. Zelf vind ik de vergelijking met een misthoorn niet misstaan. Hoe dan ook, zelfs ik herkende dit geluid. Vanaf dat moment koester ik nog maar één vogelwens.

Mijn digitale vogelgids, de onovertroffen Adri de Groot, post in zijn Vogeldagboeken foto’s van vogels die hij in het Groene Hart heeft gezien. Iedere keer weer ziet hij een  roerdomp, ook al doet dit familielid van de reiger zijn uiterste best een vette rietstengel na te doen. Gelukkig meldde Adri van de week dat de ooit zo zeldzame roerdomp steeds vaker wordt gesignaleerd. En dan zou ik mijn wensvogel nooit te zien krijgen!

Je zal mij niet horen klagen als we binnenkort Zuid-Holland niet meer uit mogen. Ik ga op roerdompjacht.